39 rechters/raadsheren
24 procedures, 27 beschikkingen
2 raadsonderzoeken
1 NIFP onderzoek
7 hulpverleningsorganisaties
25 hulpverleners
1 jeugdbeschermingsorganisatie
5 jeugdbeschermers
7 advocaten
1,5 meter dossier
36 toevoegingen
22 plannen
15 evaluaties

Een ontluisterende opsomming uit één enkel dossier over één jongetje.

De balans opmakend lees ik opnieuw het eerste raadsonderzoek. Conclusie: er is in al die jaren niets verandert. De ongelooflijke reeks beschikkingen en hulpverleningsplannen laat maar één ding zien: een schrijnend gebrek aan keuzes maken en knopen doorhakken.

Het belang van dit jongetje, een fijne ongestoorde jeugd waarin hij zich ten volle heeft kunnen ontwikkelen, heeft niet plaatsgevonden. We stonden erbij en keken ernaar. Overigens ben ik overtuigd van de goede bedoelingen van iedereen betrokken. Toch heeft dat niet voorkomen dat dit kind in deze bizarre werkelijkheid heeft geleefd.

Hij heeft tientallen gesprekken gevoerd, met steeds opnieuw dezelfde boodschap: ‘ik hou van mama en van papa’. Zeven jaar lang was er geen verbetering. Achteraf bezien hadden we al veel eerder de balans op moeten maken. Hem perspectief moeten bieden. Tegen ouders moeten zeggen: óf u komt eruit óf we gaan het juridisch zo inrichten dat uw zoon geen last meer heeft van u als ouders.

Het accepteren van zeven jaar wachtstand en emotionele belasting is volstrekt onaanvaardbaar. Voor kinderen, voor ouders, maar ook voor ons als maatschappij. Het wordt tijd voor tijdig (en diepgaand) onderzoek, moeilijke keuzes maken en uiteindelijk antwoord geven op de vraag: wie is de minst belastende ouder?

 
 
 

Ze lachte en overhandigde me bloemen. Ik keek haar niet begrijpend aan. Ik had nog niks voor haar gedaan, dus waarom die bloemen? Ze vertelde dat het een fijn eerste gesprek was geweest vorige week. Ze wilde me bedanken.

‘Dankjewel’ zei ik, ‘maar ik heb nog niks gedaan’. ‘Jawel’ zei ze, ‘u zei me dat ik nooit meer terug hoefde, dat het goed komt. Dat heeft nog nooit iemand tegen me gezegd’. Ik keek naar de bloemen en toen naar haar en moest even slikken. Deze lieve vrouw kwam me bloemen brengen omdat ik haar vertelde dat ze niet terug hoefde naar haar gewelddadige echtgenoot.

Het leek een gesprek als alle andere. Ik vroeg naar de reden van haar scheiding en hoorde over het nare leven dat ze had geleid, gebukt onder huiselijk geweld. Ik vroeg haar ook hoe het was in de Vrouwenopvang. ‘Geweldig’ zei ze. Ik keek verrast op. Doorgaans hoor ik hoe moeilijk het is met zoveel vrouwen samen te leven, allemaal met hun eigen problemen en ervaringen.

Ze vertelde dat het wel klein was met zijn drieën op een kamer, maar dat het erg fijn was om zelf te beslissen wat ze mochten eten. Ik keek haar niet begrijpend aan. Ze vertelde dat haar man altijd besliste wat er werd gegeten. Ze begon te huilen. ‘Mijn kinderen hadden heel vaak honger en dan kon ik ze soms geen eten geven. Er is echt niks ergers dan dat. De Vrouwenopvang is voor ons het paradijs, we zijn erg dankbaar’.

Ze vertelde dat toen ze voor het eerst vanuit de Vrouwenopvang hun boodschappen deden dat een hele ervaring was. Ze mochten uiteraard kiezen wat ze wilden en dit resulteerde in een huilende moeder met huilende kinderen in de Albert Hein. Nu ze wat meer gewend waren ging het beter. Dat was het moment dat ik haar vertelde dat dit nooit meer zou gebeuren en dat ze nooit meer terug zou hoeven, dat ze veilig waren. Er zou goed voor ze worden gezorgd.

Toen ik het voorval aan een vertrouwenspersoon vertelde hield ik het niet droog. Ik kan me maar nauwelijks voorstellen hoe het is om echt honger te hebben in het steenrijke Nederland. Toch gebeuren dit soort dingen ook hier. Moeders vertrekken vaak met niet veel meer dan de kleding die ze aan hebben naar een Vrouwenopvang, alwaar ze hulp krijgen om een nieuw leven op te bouwen.

Het maakt je nederig en dankbaar voor een leven dat je mag leiden waarin liefde en geluk bijna vanzelfsprekend zijn. Waar alles in overvloed aanwezig is en waar je maar hoeft te roepen en er staat iemand naast je die even lief voor je is. Voor iedere traan die je laat zijn er wel tien zoenen in de aanbieding. Het is ongelijk verdeeld, ook in Nederland.

Ik breek graag een lans om deze kerst ietsje minder te geven aan iedereen die al zoveel heeft. En geef dat ietsje dan aan iemand ver weg of dichterbij die veel minder heeft. Ook Nederland zit vol met mensen die niet alleen dat ‘ietsje’ heel goed kunnen gebruiken, maar vooral ook een steunbetuiging, wat warmte en de geruststelling dat ze nooit meer terug hoeven naar dat wat eens was.
Fijne dagen!