Hij zat vooraan in beeld. Zij schuin achter hem. Hij was degene die de afspraak had gemaakt. Het was haar kind. De zorgregeling moest gewijzigd. De ex was boos en verongelijkt.

Nieuwe vriend legde uit hoe lastig alles voor hen was. Ik vroeg haar waarom nieuwe vriend met mij sprak en niet zij. Ik gaf aan graag van haar te willen horen wat het probleem was. Dat bleek een stuk lastiger. Tijdens het gesprek hoorde ik haar steeds refereren aan papa x en papa y.

Ik vroeg waarom haar zoon de man die naast haar zat papa was gaan noemen. Het ging bijna vanzelf zei ze. Ze vonden het wel leuk, want het gaf aan dat hij met papa y ook een sterke band had. Ik vroeg haar wat papa x daarvan vond. ‘Die vindt dat niet leuk, maar het neemt niks van hem af, toch?’ Ik vroeg haar wat zij ervan zou vinden als zij mama x zou worden genoemd. Haar gezicht betrok, het zijne ook.

Ik zei dat iedere rechter hen naar ouderschapsbemiddeling zou sturen en dat ze dat ook zelf konden gaan doen vóórdat ze mijn uurtarief zouden gaan betalen. Ik gaf haar nog mee dat er niemand, maar dan ook echt niemand hetzelfde voelt voor haar zoontje als papa x. Dat gezamenlijke verliezen zou echt heel jammer zijn. Bij zijn eerste doelpunt is er immers maar één die net zo trots is als zij en dat is hij.

 
 
 

U vroeg tijdens de zitting wat u zou kunnen doen.

Wat u zou kunnen doen is uw kinderen de vrijheid te geven te mogen houden van wie ze willen. U staat hen dit niet toe, dat is schadelijk voor hen.

Wat u zou kunnen doen is uw kinderen de vrijheid te geven te voelen wat ze willen. Boosheid, verdriet, liefde, geluk. U staat hen dit niet toe, dat is schadelijk voor hen.

Wat u zou kunnen doen is uw kinderen niet in negatieve zin te beïnvloedden. Hier worden ze angstig en onzeker van en ze leren niet te vertrouwen op zichzelf. Dat is onmetelijk belangrijk voor kinderen.

Wat u zou kunnen doen is uw kinderen niet te leren dat u de enige bent op wie ze kunnen vertrouwen. Kinderen hebben het nodig te vertrouwen op alle volwassenen om hen heen. Op u, op hun moeder, op hun pleegouders, de juf op school, maar ook de rechter die over hen beslist. Kinderen die opgroeien in vertrouwen leren daarvan te vertrouwen op zichzelf. Een groot cadeau dat u uw kinderen kunt geven.

Het grootste cadeau dat u uw kinderen kunt geven is de liefde die ze mogen voelen voor hun moeder. Zij is deel van hen. Net als u dat bent. Ze die liefde onthouden betekent dat ze niet onvoorwaardelijk mogen houden van zichzelf. Niets is schadelijker dan dat.

Dat zou u kunnen doen.
Kan ik op u rekenen?

 
 
 

Het emotionele geweld dat ze te verduren kreeg had zijn tol geëist. Ze was jong en duidelijk onervaren ondanks haar ervaringen. We praatten wat en zij huilde vooral. Ze vertelde over de narigheid in haar huwelijk. Zij wist niet wat te doen en hij ging van kwaad tot erger.

Omgang zat er niet in, zei ze. Ik vroeg of ze haar man wel eens alleen liet met hun dochter. ‘Natuurlijk’ zei ze. ‘Waarom kan dat nu niet dan? Misschien een dag?’ Schoorvoetend zei ze ja, nog eens herhalend wat hij haar had aangedaan. Ik beaamde dat het afschuwelijk was en dat het goed zou zijn als ze hulp kreeg. De daaropvolgende maanden belde ze een keer of tien. Vragend naar het echtscheidingsverzoek gaf ik aan dat het nog niet klaar was. Geleidelijk aan breiden we de zorgregeling uit en werd het rustiger.

Daarop diende ik het (kale) verzoek in. Als ik het in had gediend toen ze mij erom vroeg, was het een heel ander verzoek geweest dan nu. Destijds had ik de nare historie van het huwelijk mee moeten nemen en was het nog lang onrustig gebleven, met alle gevolgen van dien.

Advocaten voorkomen ook complexe echtscheidingen. De meeste mensen scheiden maar één keer. Ik doe het zo’n 100 keer per jaar. Vaak gebeurt dat binnen de veilige muren van mijn kantoor, niet in de rechtszaal.

 
 
 

Ze was woest. De jeugdbeschermer was te jong en te naïef. Bovendien had ze geen enkele kennis van zaken. Ze wilde nu echt een andere. En of ik dat even kon regelen.

Er waren 11 zittingen geweest en niets had geholpen. Haar ex-man, de vader van haar kinderen, was een griezel. Ik vroeg de vrouw waarom ze verwachte dat de jeugdbeschermer een toverstaf had. Ze keek me niet-begrijpend aan. Ik gaf aan dat een hele batterij rechters niet de oplossing hadden gebracht, een raadsonderzoek niet en drie hulpverleningstrajecten niet. Ik vroeg haar waarom ze dan dacht dat één enkele jeugdbeschermer wel het verschil zou gaan maken. Ze doet niks, zei ze en stak een tirade af over haar ex-man. Toen ik aangaf dat ze die ex wel zelf gekozen had was de maat vol. ‘Moet u niet voor mij zijn’? vroeg ze.

‘Ik ben voor u’ antwoordde ik. ‘Net als die batterij rechters, de Raad voor de Kinderbescherming, de hulpverleners en zelfs de jeugdbeschermer. Iedereen is voor u. U en uw ex-man zien het alleen nog niet. Ik moet u teleurstellen, ook ik heb geen toverstaf. Het spijt me, de oplossing ligt niet bij een andere jeugdbeschermer’. De vrouw vertrok met de mededeling dat ze me maar een rare advocaat vond. Daar moest ik wel om grinniken. Ze is een vrouw vol meningen. Meestal helpt dat niet.